In dit onderdeel behandelen wij de regels en vragen over het milieubewuste en energiezuinige deelname aan het verkeer.
Eerst krijg je een stuk theorie alvorens we starten met een aantal oefenvragen.
Autorijden in een voertuig met verbrandingsmotor (benzine, diesel en gas) is per definitie niet goed voor het milieu.
Er komen steeds meer voertuigen met een elektromotor of een combinatie van beide en dit is beter voor het milieu, omdat dit weinig tot geen uitstoot oplevert.
Tegenwoordig letten automobilisten steeds beter op het milieu en passen hier de rijstijl ook op aan. De volgende manieren zijn er om de uitstoot zo veel mogelijk terug te dringen.
Ver vooruitkijken is belangrijk in je rijstijl. Anticiperen op een situatie geeft je rust en duidelijkheid in het verkeer. Tevens hoef je niet hard en onaangekondigd te remmen.
Je houdt zoveel mogelijk een gelijke snelheid aan. Een laag toerental en de hoogste versnelling probeer je in de rijden. Deze snelheid bereik je door je toerenteller goed te gebruiken en bij 2000 toeren op te schakelen en zo snel mogelijk naar de hoogste versnelling over te schakelen.
Met een gelijke snelheid voorkom je dat je onnodig moet remmen, je hebt nu goed het overzicht en kan vroegtijdig ingrijpen wanneer dit nodig is. Verder helpt het om een goede volgafstand tot je voorligger te behouden.
De juiste bandenspanning is beter voor het milieu. Je verbruikt namelijk minder brandstof waardoor er ook minder CO2 wordt uitgestoten.
Bovendien slijten je banden minder snel, waardoor er minder bandenslijpsel in het milieu terechtkomt. Ook voor elektrische auto's geldt dat je de banden goed op spanning moet houden.
Als je voor een brug, een overweg of een file wacht is het beter voor het milieu en de portemonnee om de motor uit te schakelen.
Het gebruik van diverse apparatuur kan je helpen om energiezuiniger deel te nemen aan het verkeer.
Naast besparende hulpmiddelen is er ook apparatuur wat het brandstofverbruik verhoogt. Denk hierbij aan het gebruik van de airconditioning en verwarming van de ruiten en stoelen.
De volgende hulpmiddelen kunnen worden gebruikt.
Om onnodige kilometers te voorkomen is het raadzaam om een navigatiesysteem te gebruiken. Het zorgt er voor dat je de kortste route naar je eindbestemming volgt.
Naast dat het zuiniger is, is het bevordelijk voor de verkeersveiligheid. Je kan je namelijk beter focussen op het verkeer, zonder dat je steeds de weg moet zoeken of de borden met plaatsnamen moet lezen.
Bij het ontbreken van een navigatiesysteem is het raadzaam om goed voorbereid op reis te gaan. Een goede ritvoorbereiding geeft je rust in het verkeer en zorgt er voor dat je geen onnodige kilometers aflegt.
Een cruisecontrol ('automatische piloot') houdt de snelheid gelijk als je je voet van het gaspedaal haalt.
Bij een constante snelheid is het benzineverbruik lager dan tijdens het versnellen van de auto. Dit is vooral prettig op de snelweg, als je over langere afstanden dezelfde snelheid rijdt.
Door gebruik te maken van cruisecontrol kan je de focus leggen op het verkeer en indien nodig vroegtijdig af remmen.
Je krijgt nu een aantal oefenvragen over de theorie die je net hebt gelezen.
De kracht van ons systeem is herhaling waardoor JIJ makkelijker je auto theorie haalt!
Door goed te anticiperen en vooruit te kijken hoef je niet onnodig te remmen en weer op te trekken. Je brandstofverbruik wordt dus lager als je goed anticipeert.
Een nadeel kan zijn dat de bestuurder minder oplettend wordt.
Door snel op te schakelen naar een hogere versnelling met lagere toeren kun je brandstof besparen.
Je kunt brandstof besparen door je rit goed voor te bereiden en gebruik te maken van een navigatiesysteem.
Als je voor een brug, een overweg of een file wacht is het beter voor het milieu en de portemonnee om de motor uit te schakelen.
Beschrijving van de eindpagina van de quiz
Bedankt voor het inleveren van het examen!.